Winkelier neergeschoten bij beroving in Hoogezand (ZITTINGSZAAL 14)

Wanneer de rechters de rechtszaal verlaten en neerstrijken in de raadkamer, kijken ze elkaar aan.
De jongste rechter zucht.
De oudste kijkt hem veelbetekenend aan.
Moeilijke beslissing jongens, zegt de voorzitter, maar ze zullen het vast wel begrijpen.

De jongste rechter vraagt zich dat af.
Voorzichtig: ‘Moeten we dit niet uitleggen?’
De voorzitter: ‘Hoe bedoel je?’
De jongste: ‘Nou uitleggen waarom wij besloten hebben de twee verdachten naar huis te sturen, terwijl ze wel verdachten blijven. Misschien vindt de samenleving dat raar.’
Voorzitter: ‘Tja, daar zeg je wat.’

De oudste rechter pakt ondertussen zijn spullen bijelkaar.
Zegt: ‘Jongens, jullie zoeken het maar uit. Ik ga naar huis. Me dunkt dat dit meer op de weg ligt van het openbaar ministerie.’
De jongste rechter: ‘Welnee. Het openbaar ministerie meldt alleen maar wanneer er verdachten worden opgepakt, nooit wanneer ze worden vrijgelaten. Ze kijken wel link uit.’

De oudste rechter geeft de voorzitter een ferme klap op de schouder, zegt ‘de groetjes thuis’ en ‘tot maandag’.
Zegt: ‘Ik ga nog even lekker bladblazen.’

Tot zover de vrije gedachten vanuit de geheime raadkamer.
Nu over de vrije verdachten.

De rechters hadden er in de raadkamer lang over moeten nadenken.
Wanneer rechters lang moeten nadenken is dat vaak in het voordeel van verdachten.
Een nee is sneller te motiveren dan een ja.

De advocaten hadden de rechtbank verzocht hun cliënten, de verdachten, in vrijheid te stellen door het opheffen van de voorlopige hechtenis.
De twee mannen zitten al zes maanden vast op verdenking van het plegen van een overval op een Turkse winkel in Hoogezand.
Bij die overval wordt een medewerker neergeschoten waarbij de man zeer ernstig gewond raakt.
Het gebeurde in maart van dit jaar, het slachtoffer is nog altijd niet hersteld.

De overval leidde tot veel beroering in Hoogezand waar meer geweldsincidenten vielen te betreuren.
Zelfs de gemeenteraad kondigde maatregelen aan om de zware criminaliteit tegen te gaan.
De hoofdofficier van justitie loofde op 28 april een beloning uit van 7500 euro voor de gouden tip in deze kwestie.

En zie daar, niet heel veel later worden Vincent (24) en Bernard (20) opgepakt.
Er is weinig technisch bewijs, maar er zijn veel verklaringen van getuigen.
Op basis van die verklaringen gaan de twee mannen achter slot en grendel.
Dat is nu zes maanden geleden.

Donderdag diende de rechtszaak.
Vincent en Bernard ontkennen.
Ze hebben er niks mee te maken, zeggen ze.

Twee mannen waren op 25 maart rond half negen de winkel binnengestormd, vermomd en met getrokken pistolen.
Ze eisen geld, roepen: ‘buit, buit!’
De zoon verzet zich, duwt een van de overvallers omver, zo over de groentenstelling heen.
Als de overvaller opstaat, schiet hij.
De zoon wordt getroffen in borst en buik.
De overvallers maken zich vervolgens uit de voeten, zonder geld.

De politie stelt een buurtonderzoek in.
Vanuit het criminele circuit druppelen namen binnen van mogelijke daders.
Er zijn getuigen die zich spontaan melden.

Op de mogelijke vluchtroute wordt een T-shirt gevonden.
Daar zit heel veel DNA op, onder meer dat van Bernard, in die zin dat het van Bernard zou kunnen zijn.

Twee maanden na de overval en een maand nadat die beloning is uitgeloofd, worden Bernard en Vincent aangehouden.
Hun telefoons zijn getapt.
Dat leverde geen belastende informatie op.
Er werd wel een gesprek tussen beide afgeluisterd toen ze in de politiecel zaten.
Agenten horen hen zeggen: ‘We worden er ingeluisd, mensen praten poep.’

Er is een getuige die de status ‘belangrijk’ heeft.
Zij was opgeroepen in de rechtszaal te verschijnen, maar kwam niet opdagen.
Hierdoor kwam het dat de strafzaak donderdag niet kon worden afgerond.
Eerst moet deze getuige worden gehoord, daarna kan het proces worden hervat.
Dat zal naar verwachting niet binnen drie maanden zijn.

Mij best, zegt advocaat Serge Weening, die Vincent bijstaat.
Maar dan verzoek ik de rechtbank de voorlopige hechtenis op te heffen.
Want uitstel betekent dat mijn cliënt die onschuldig is en dus moet worden vrijgesproken, nog langer moet blijven vastzitten.
Advocaat Oskar Schuur die Bernard verdedigt, doet om dezelfde reden hetzelfde verzoek.

De rechters duiken de raadkamer in en blijven lang weg.
Hoe langer hoe gunstiger, zie je Weening en Schuur na verloop van tijd dus denken.
Na een half uur keren de rechters terug.
De rechters zeggen dat de voorlopige hechtenis van Vincent en Bernard met onmiddellijke ingang wordt opgeheven.
Ze zeggen: ‘Europese jurisprudentie dwingt ons dit besluit zo te nemen.’

Vincent en Bernard zijn nu vrije verdachten.

Iedereen in de rechtszaal is verrast, ook de twee advocaten.
Vincent en Bernard misschien nog wel het meest.
Zij mogen nu het vervolg van het strafproces in vrijheid afwachten.
Gehoopt wordt dat de ontkennende mannen over een paar maanden vrijwillig naar de rechtszaal terug zullen keren.

Terwijl de rechters zich weer terugtrekken in de raadkamer, kijkt de officier van justitie wat zuur voor zich uit.
De Turkse familie oogt radeloos.
In een slachtofferverklaring had de neergeschoten zoon geschreven dat hij en zijn familie gek worden van angst en overwegen te verhuizen zodra de daders vrijkomen.

Waarom worden verdachten van een zeer ernstig misdrijf vrijgelaten terwijl ze wel verdachten blijven?
Een paar studenten op de publieke tribune zeggen tegen elkaar dat ze er niks van begrijpen.
Jij?

Nu ben ik geen jurist, maar volgens mij zit het zo.
Wie verdacht wordt van een misdrijf kan in voorlopige hechtenis worden genomen.
Eigenlijk zit je dan onschuldig vast, omdat de rechter nog niet heeft geoordeeld.
Maar je zit wel terecht onschuldig vast, omdat er verdenkingen zijn die wijzen in de richting van schuld.

De wet heeft strenge regels opgesteld om onschuldigen terecht van de vrijheid te beroven.
En naarmate de voorlopige hechtenis langer duurt, worden de criteria om iemand vast te kunnen houden, ook strenger.
Vincent en Bernard zijn aangehouden op basis van verklaringen van getuigen.
Dit zijn doorgaans niet de sterkste bewijzen om iemand te kunnen veroordelen.
Er moet nog wel wat bij.
En dat ‘nog wat erbij’ is er na zes maanden niet.

Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens heeft bepaald dat naarmate de voorlopige hechtenis langer voortduurt, de belangen van verdachten – vrij zijn – zwaarder gaan wegen.
En andersom.
Naarmate iemand langer in voorarrest zit, moet het openbaar ministerie steeds overtuigender aantonen dat dat beter is voor iedereen.
En dat gebeurde hier niet.
En dus mochten de twee mannen als verdachten direct naar huis.

Ik denk dat het zo zit.
Zij het dat de rechters dan wel het openbaar ministerie dit zelf natuurlijk veel beter kunnen uitleggen.

De verdachte(n) in deze zaak wordt bijgestaan door:

In de media
met actuele strafzaken

Begin te typen om de berichten te zien die je zoekt.