Op zondagavond 8 november 2009 ligt de Antilliaan Jason B. (26) in alleen zijn onderbroek te slapen op de sofa in de woonkamer van zijn huis aan de Annie M.G. Schmidthof in Hoogezand. Hij woont hier met zijn vriendin Gea, maar zij is niet thuis. Hij is bij het tv-kijken in slaap gevallen.
Om een uur of twee wordt er aan de deur gebeld. Jason doet de deur een beetje open en ziet een Antilliaanse jongen staan die hij wel kent, Cliff, uit het tegen Hoogezand aangeplakte gehucht Foxhol. Hij hoort hem iets zeggen als: “Ik wil geen ruzie.” Maar op hetzelfde moment stormen drie of vier andere jongens met bivakmutsen op naar binnen en vallen hem aan. Hij krijgt een klap op zijn hoofd, in de halfdonkere gang ontstaat een vechtpartij. Jason hoort dat er iets op de grond valt, op de tast pakt hij het op: het is een pistool. Hij vuurt daarmee vijf of zes kogels af in de richting van zijn belagers. Hij hoort iemand “Oe!” roepen en ziet hem achterover vallen. Maar de jongen krabbelt weer overeind, samen met de anderen vlucht hij door de voordeur.