De advocaten van verdachten Perparim S. en Mario Z. willen vrijspraak voor hun cliënten.
Volgens raadsman Nico Meijerink van Perparim S. zijn verschillende belastende getuigenissen, waaronder die van medeverdachte Mario Z., onbetrouwbaar.
Beschuldigingen
S. en Z. worden verdacht van de moord op Soufian Lahnstein, eind 2013 op de Oeverwal in Maastricht. De verdachten beschuldigen elkaar de dodelijke schoten te hebben gelost. Ook zouden getuigen door Z. onder druk zijn gezet om tegen S. te getuigen. Een plan om Lahnstein te beroven, was er niet. “Doel was om drugs aan te schaffen”, stelt Meijerink. “Dat is uit de hand gelopen.”
Last van been
Ook de advocaat van Mario Z. eist vrijspraak. “De enige fout die mijn cliënt heeft gemaakt, is dat hij na de schietpartij in de auto is gestapt”, zegt advocaat Serge Weening. Van een geplande beroving is ook volgens hem geen sprake. “Waarom zou hij dan 120 euro afrekenen voor drugs?” Volgens Weening stapte zijn cliënt uit de auto en zag hij hoe S. met Lahnstein ruzie had en op hem schoot. Ook zou zijn cliënt niet kunnen rennen omdat hij last van een been heeft.
Verbaasd
Weening is daarom verbaasd over de eis van achttien jaar voor beide verdachten. Volgens hem is het duidelijk dat medeverdachte S. geschoten heeft. Hij wil daarom dat het voorarrest van zijn cliënt wordt opgeheven.
Genoeg bewijs
Volgens Officier van Justitie David van Kuppeveld is er ‘meer dan genoeg wettelijk bewijs’. Hij wijst onder andere naar mensen die getuigen waren van de schietpartij. “Het is wel bijzonder om te zien hoe de verdachten elkaar over en weer de schuld in de schoenen schuiven”, stelt hij. Voor de Officier is het duidelijk: “S. en Z. zijn samen in de auto gestapt bij Lahnstein, zijn samen uitgestapt, zijn samen achter hem aan gerend, zijn vervolgens samen in de auto gestapt en weggereden met de auto van het slachtoffer”, zegt hij. “Daarom zijn ze beide medeplichtig. Daarom eis ik voor beiden achttien jaar cel.”
Blij
De verdachten hielden ook dinsdag vast aan hun onschuld. “Ik ben blij dat het proces voorbij is”, liet Z. weten. “Ik kan alleen zeggen dat ik geen enkele verantwoordelijkheid heb voor wat is gebeurd.”
Onschuldig
En ook S. wast zijn handen in onschuld. “Er is nooit van tevoren gesproken over het beroven van iemand. Ik ben onschuldig. Heb niets te maken met de dood van het slachtoffer.”De uitspraak is op 8 oktober.